Meebewegen met je paard tijdens het doorzitten is essentieel. Maar minstens zo belangrijk is dat je dat op de juiste plek doet. “Omdat je op een bewegend wezen zit, komt er hoe dan ook beweging jouw lichaam in”, legt Sara Ouwehand uit.
Onafhankelijke hulpen
“In het ideale geval vangt de ruiter die beweging honderd procent in het bekkengebied op. Dan kun je automatisch je handen en je benen stilhouden en je gezicht ontspannen. Dan kun je ook onafhankelijke hulpen geven.”
Omdat de ideale wereld niet bestaat, vangt de ruiter wellicht zo’n zeventig procent van de beweging op de juiste manier op. “Dat betekent dat nog zo’n dertig procent van de beweging van je paard elders terecht komt. Het gevolg is dat je armen en benen (te) beweeglijk worden, of je hoofd gaat knikken. Begrijpelijk ook dat het niet lukt om die stil te houden. Dat lukt pas als de volledige beweeglijkheid wordt opgevangen in je bekken.”
Hoe je dat doet, legt Sara uit in de cursus doorzitten als een prof.
(Foto: Manon Laurijssen)