Bastiaan de Recht legt uit (9): Wijken voor de kuit

In deze instructieve twaalfdelige serie over dressuurrijden geeft dressuurtrainer Bastiaan de Recht praktische tips om jou verder te helpen. Bij Bastiaan staan biomechanica en fysiek en mentaal welzijn van het paard voorop. Na in de vorige delen gesproken te hebben over de hulpen en werken aan het horizontale evenwicht, kwam de ontwikkeling van de gangen aan de orde. In deze aflevering gaan we verder in op een dressuuroefening, namelijk het wijken voor de kuit. Hoe doe je dat en wat zijn de meest voorkomende problemen en oplossingen?

‘Bij het wijken voor de kuit beweegt het paard voorwaarts en zijwaarts. Er wordt een laterale, in de lengte van oren tot staart, buiging om het binnenbeen van de ruiter gevraagd. Hierbij moet het binnenachterbeen onder de massa gezet worden. Het paard moet gehoorzaam zijn voor de zijwaartse druk. Wijken wordt in een proef als oefening an sich gevraagd, maar deze oefening kun je ook veel gebruiken in je training om je paard verder te gymnastiseren. Bijvoorbeeld bij overgangen, lees hiervoor nog eens de vorige delen terug.’

Schuine lijn

‘Bij het aanleren van het wijken, kun je de oefening niet direct zo gaan rijden zoals deze in de proef gevraagd wordt. Het paard moet zich in de proef namelijk parallel bewegen aan de lange zijde. Bij het aanleren hoeft dit niet meteen. Wend af op driekwart van de korte zijde, stuur de schouder van het paard richting de letter waar je naartoe wilt wijken, in dit geval aan het einde van de dichtstbijzijnde lange zijde. Je rijdt dus al het ware een schuine lijn van de korte naar de lange zijde. Neem vervolgens het paard met je binnenbeen mee opzij. Wijken is in principe vergelijkbaar met schouderbinnenwaarts over een diagonale lijn. Net zoals appuyeren, travers rijden over een diagonale lijn is. Maar deze oefeningen komen in de volgende delen aan de orde. Naarmate het paard het wijken beter begrijpt, kun je het meer parallel aan de lange zijde laten lopen. Dit doe je door meer te begrenzen met je buitenteugel. Wil je meteen te parallel, dan wordt het paard te gespannen en verliest het meestal ook impuls.’

Problemen en oplossingen

‘Het is natuurlijk fijn als je paard het wijken in één keer begrijpt, maar het is logisch dat dit niet het geval is. Onderstaand de meeste voorkomende problemen en oplossingen.’

– Paard wil niet opzij
‘Als het paard niet opzij wil, wijk dan eerst eens in stap of ga vanuit het halthouden opzij. Verduidelijk je beenhulp eventueel met een zweepje. Gaat het paard alleen maar voorwaarts, zet het paard dan eerst recht tegen de rijbaanomheining en druk het opzij met je been. Het paard kan dan door de omheining niet voorwaarts en leert opzij te gaan voor de druk van je been. Zorg in ieder geval dat het geen duw- en/of trekpartij wordt.’

– Paard valt over buitenschouder weg
‘Dit zie je vaak als het paard bijna bij de hoefslag is. Wissel het wijken af met het rechtuit rijden. Wijk bijvoorbeeld drie meter en rijd weer rechtuit door te begrenzen met je buitenteugel en buitenbeen. Gaat het paard onvoldoende rechtuit en wil het nog steeds iets opzij gaan, wijk dan eens terug naar de andere kant voor je buitenbeen. Zorg dan wel dat je eerst de juiste stelling hebt.’

Wijken voor de kuit. Saskia Martens en Legend of Loxley demonstreren hoe je kan variëren in deze oefening. Foto: Remco Veurink

– Paard loopt met de achterhand meer opzij dan de voorhand/gaat met de achterhand voor
‘Controleer of je je binnenbeen niet te veel naar achteren hebt liggen en/of je er te veel mee in werkt. Stuur eerst weer de schouders naar de letter, voordat je hulpen geeft met je binnenbeen.’

– Paard verliest impuls
‘Vaak verliest het paard impuls, omdat de achterhand voor gaat. Bekijk dus eerst of dit niet het geval is. Verliest het paard nog steeds impuls. Focus je dan niet te veel op het zijwaarts, maar juist op het voorwaarts rijden met twee benen. Ook kun je bijvoorbeeld weer een paar meter wijken en daarna rechtuit gaan, waarbij je de draf verruimt en dus de impuls weer herstelt.’
– Paard wordt moeilijk in de aanleuning of kantelt
‘Rijd bij aanleuningsproblemen altijd eerst weer rechtuit of maak een volte en herstel de aanleuning. Als dit weer in orde is, kun je weer verder gaan wijken. Let er bij het kantelen tevens op dat je je handen even hoog hebt en dat je recht zit.’

Rechtop

‘We hebben nu gekeken naar de problemen die je paard vertoont tijdens het wijken, maar in de praktijk zie ik ook vaak dat de ruiter scheef zit. De ruiter heeft het bovenlichaam te veel naar buiten of naar binnen. Blijf recht op je paard zitten, waarbij je alleen je binnenzitbeenknobbel iets meer belast en dus voelt. Duwt de ruiter te veel met het binnenbeen achter de singel, dan zie je ook vaak dat de ruiter naar buiten hangt. Zorg ervoor dat je eigen schouders gelijk zijn met de schouders van het paard en dat jouw heupen parallel zijn met de heupen van het paard.’

Variatie

‘Het wijken kun je tijdens je training op vele manieren gebruiken. Om te controleren of je paard echt gehoorzaam is voor je zijwaartse beenhulp, kun je het ook eens laten wijken vanuit de hoek naar de AC-lijn toe. Het is niet alleen fijn om te controleren of het paard gehoorzaam is. Op deze manier kun je ook de schouder van het paard beter begrenzen. Tevens kun je wijken op de volte door deze te sluiten en juist bij het openen het paard een pasje opzij te zetten voor je binnenbeen. Bij het naar buiten wijken, kun je variëren in stelling, naar binnen of juist naar buiten. Ook kun je wijken in galop, zowel voor het binnen- als voor het buitenbeen. Al deze oefeningen hebben een positief effect op de rechtgerichtheid en souplesse van je paard.’

In het volgende deel van deze instructieve serie gaan we verder met de verschillende dressuuroefeningen en komt het schouderbinnenwaarts aan de orde. Houd de Hoefslag facebookpagina en de website dus goed in de gaten!

Tekst: Carlijn de Boer

Foto: Digishots, Sabine Timman en Remco Veurink

Schrijf je in voor de nieuwsbrief